Categorie archief: Satire

Hé starter: tijd om te verhuizen!

Ophef over scheefhuur. Want wie in een sociale huurwoning woont en meer gaat verdienen, moet eigenlijk maar verhuizen. Die mensen ‘houden een woning bezet’. Ondertussen betalen ze wel de volle mep en krijgen elk jaar een extra huurverhoging. In Oss kreeg deze groep in 4 jaar tijd een verhoging van 19%: flink meer betalen zonder dat je daar iets voor terug krijgt. Zo zijn de regels.

Maar waarom stoppen bij huur? Laten we al het scheefwonen aanpakken. Wel zo eerlijk.

Lees verder

Voorbereidingen treffen

Je leest het websites, op de sociale media, op Facebook en op Twitter: realisten moeten zich voorbereiden voor als het helemaal mis gaat. Er worden lijstjes gemaakt van wie wel te vertrouwen is en wie niet, er worden ontmoetingsplekken afgesproken.

Waar die mensen precies bang voor zijn is onduidelijk, er wordt gesproken over wel of niet gelijke rechten, over onveiligheid bij al die vreemde gezichten, over onze huizen die worden overlopen en over hordes die maar blijven komen wat je ook probeert te doen.

Dus bereid ik me voor.

Lees verder

De Republikein

Zie hem staan, fier overeind. Zie hem staan, gekapt en gepakt, klaar voor wat komen gaat. Zie hem staan, eventjes tussen het gewone volk. Zie hem staan, de Republikein.

Daar staat hij, soms in het zonnetje, meestal in de schaduw. Soms samen, meestal alleen. Zie hem staan, de Republikein.

Een authentieke Republikein

Een authentieke Republikein

Meestal zit hij binnen, te sputteren over een gebrek aan aandacht, over oranje, dat overheersende oranje. Waar je ook komt, waar je ook gaat, het is overal oranje.

Eéns per jaar treedt hij opvallend naar buiten, die Republikein. Eens per jaar is het vlammen, gooit de Republikein alle voorzichtigheid overboord en begeeft zich tussen het publiek, tussen de gewone mens: tussen de liefhebbers van oranje.

Het oranje let niet op hem, het oranje laat hem met rust. Oranje kijkt naar de eigen soort: naar ander oranje. De Republikein valt op, zo eens per jaar, tussen al dat oranje. De Republikein is trots, trots op zijn bord, trots op zijn republikein-zijn.

Hij mompelt wat, over genegeerd worden, over rood-wit-blauw, over dat het oranje weg moet. Daar, tussen al dat oranje, staat de Republikein, te zeggen dat het oranje weg moet. “Wegwezen met dat oranje!”, roept de Republikein, hij roept en roept, alleen staand, in de oranje woestijn. Hij roept, hij mompelt en is tevreden.